zaterdag 19 december 2009

Pura Vida Costa Rica

Met een zere kont van het fietsen zijn we weer verder vertrokken. Het is nogal een tour om van Isla de Ometepe af te komen, aangezien er geen verharde wegen zijn en er bijna geen vervoer is. Er gaat een paar keer per dag een busje maar deze bus rijdt een soort achtje. Om bij boot te komen hebben wij bijna het volledige achtje gereden en dus 2,5 uur in de bus gezeten om hemelsbreed iets meer dan 15km verder te komen. Wel begon de dag goed, want het huis naast het hostel had een aapje vastgebonden aan een boom zitten, maar we zagen dat het aapje zich had los gemaakt en ontsnapte. Go aap! En ach... de busrit was lang maar wel een mooie rit over het eiland.
Door een gek klein houten bootje kwamen we weer op het vaste land van Nicaragua. Hoewel we over een meer voeren, voelde het toch meer als een zee. Ook de golven op het meer dachten dat ze op een zee waren want er waren toch momenten waarop ik twijfelde dat het bootje het allemaal ging houden... maar een tikkie groen kwamen we aan op het vaste land. Vanaf dat moment wisten we eigenlijk niet precies waar we uit zouden gaan komen. Het eerste plan zou zijn om naar San Juan del Sur te gaan. Een stad aan de pacifische oceaan waar gesurft en gedoken kan worden. Dit plan hebben we laten varen omdat we ook al naar de pacifische kust van Costa Rica zouden gaan. Dus we gingen gelijk door naar Costa Rica!
Eerst een taxi naar Rivas, de stad waar bussen zouden vertrekken naar de grens. Deze bussen hebben we niet kunnen vinden maar er waren wel 138 taxichauffeurs die ons naar de grens wilden brengen. Hoewel we dat eigenlijk niet wilden werd de prijs toch wel zo belachelijk laag dat we ons decadent (voor 1,50dollar p.p.) met de taxi naar de grens hebben laten brengen. Na een eeuwigdurend proces van wachten, papieren invullen, wachten, betalen, wachten, paspoort controle, wachten, nog meer dingen invullen, wachten en de tweede grens controle waren we Costa Rica binnen. Vanaf hier wilden we de bus, een collectivo of iets wat er op lijkt naar Liberia nemen. Nu bleek dat Costa Rica opeens anders werkt dan de landen hiervoor. We werden niet belaagd door taxichauffeurs, buschauffeurs of willekeurige mensen met vervoer die wat wilden bijverdienen, er stond helemaal geen vervoer aan de andere kant van de grens.

We besloten maar te gaan liften en na flink wat tijd werden we opgepikt om in het eerste stadje, La Cruz, afgezet te worden. Vanuit La Cruz vertrokken er bussen naar Liberia en gelukkig na een uurtje wachten sprongen we in de bus. Het was al weer donker toen we aankwamen in Liberia en we vonden het wel even prima geweest met het reizen voor die dag. We bleven in Liberia.

We zaten in een prima guesthouse "Casa Vieja". De volgende dag hadden we nog geen zin om weer onze tas in te pakken, we waren nog erg gaar van die lange dag reizen de dag ervoor. Dus bleven we gewoon nog een dagje in Liberia om echt een hele dag helemaal niets te doen. We hadden in de ruim 2 maanden reizen eigenlijk nog geen een dag helemaal niets gedaan, dus dat was eigenlijk wel lekker. En Liberia leende zich daar ook wel voor want er was helemaal niets te zien of te doen.
Van Liberia naar Playa del Coco was maar een kort busritje en voor het eerst van ons leven sprongen we in de Pacifische zee. Deze kust is toch heel anders dan de Carribische zee. Een ruige kust met heel veel rotsen, de strandjes zijn van zwart zand en er zijn golven! Playa del Coco is een echt toeristisch stadje en het stikt er vooral van de Amerikanen. Zowel toeristen die in de resorts aan zee hun vakantie vieren, maar ook veel oudere Amerikanen die zijn ge-emigreerd. Zo ook de eigenaar van het huisje waar we sliepen is een ge-emigreerde Amerikaan.

Er moest natuurlijk ook weer eens gedoken worden in deze zee. Er zijn veel duikshops in Playa del Coco en zelfs een Nederlandse duikschool. Er was maar 1 duikshop die ging naar de plaats waar wij graag wilden duiken: "Isla de Catalinas". Dit zijn mini-eilandjes een stuk uit de kust vandaan, dus min of meer in de open zee. Omdat het in de open zee is, komen er veel en vooral grote vissen voor met als hoogte punt de Manta Ray.

Het begon al goed op de boottrip naar de eilanden: we werden vergezeld door een groep dolfijnen. Bij het te water gaan voor de eerste duik merkten we gelijk dat het totaal anders is dan de Carribische zee. Ten eerst was het zicht soms van Nederlands niveau. We konden maar 5 tot 10 meter ver kijken. Dit kwam door al het plankton waardoor er weer veel vissen zaten. Ten tweede was er soms een hele pittige stroming. Sommige stukken kon je echt niet tegenin zwemmen en andere stukken ging je zo hard dat je amper tijd had om de onderwaterwereld te zien en als laatste was het onderwaterleven heel anders dan in de Carribean. Geen mooie kleurrijke koraalformaties maar wel vis, veel vis en grote vissen. Tijdens onze drie duiken hebben we dit mogen zien: verschillende grote spotted eagle ray, een (baby) witte puntrifhaai, grote zeebaarsen, een zeeschildpad van ongeveer 2 meter, verschillende soorten morray's, porcupinefish, pufferfish, parrotfish, grote zeesterren trumpetfish, hele grote scholen vissen en als hoogtepunt kwam er een 'wolk' rays overzwemmen. We zaten op bijna 30 meter en konden niet zien welke rays dat waren. Misschien waren het wel Manta Rays maar het waren een stuk of 50 van deze rays fladderden boven ons. Een fantastisch mooi gezicht. Op de weg terug namen er nog wat rays afscheid door uit het water te springen. Geen idee dat ze dat konden doen. Ik vond het duiken, ondanks het zicht, de stroming en het gebrek aan kleurrijk koraal, misschien wel mooier dan in de Carribische zee!






Na het duiken zijn we nog wat dagen gebleven in Playa del Coco om van het strand en de zee te genieten. Het was eigenlijk te warm om op het strand te liggen dus we vlogen vaak de zee in. Normaal gesproken schijnt het hier een rustige zee te zijn en liggen zuiderlijker de surfstranden maar juist nu waren er gigantische golven. Er durfden niet veel mensen de zee in en er waren ook geen surfers te bekennen dus we hadden de wilde zee helemaal voor ons zelf. Door golven van 2 tot 4 meter hoogte proberen heen te springen, snel er onderdoor duiken of mee te zwemmen en hopelijk op het strand te belanden en niet onder gesmakt te worden. We hebben ons uren vermaakt met het geweld van de zee.

Geen opmerkingen: