vrijdag 30 oktober 2009

Het laatste dagje in Belize

We hadden nog één dag in Belize en dat werd misschien wel de leukste dag in dit land (hoewel het duiken met haaien ook een goede kans maakt). De laatste dag in San Ignasio zijn we op stap gegaan met de zoon van de guesthouse-eigenaar. Op naar actie! Er is genoeg actie mogelijk rond San Ignasio, zo kan je lopend door een rivier dat weer stroomt in een grot vol mayaspullen, inclusief wat oude mayaskeletten. Ook kan je cavetuben of flinke stukken paardrijden of moutainbiken. Wij hebben gekozen om naar het Mountain Pine Ridge te gaan. Het hoogste gelegen gedeelte van Belize met een groot dennenbos.

We begonnen met een stukje rijden in de auto. Vroeger ooit Camel Throphy gezien? Rijden met van die landrovers door onherbergzame gebieden. Nou, daar leek het verdacht veel op. Onverharde wegen met meer gaten dan rechte stukken, flinke afgronden en dwars door het regenwoud. We snapten al snel waarom deze tocht wordt afgeraden om zelfstandig te ondernemen. Zeker na de verhalen van overvallen door bandieten uit Guatamala. Hoewel we voor dat laatste waarschijnlijk niet echt bang moesten zijn want we bevonden ons midden in een jungletraining van het Britse leger. We hadden al wat Helicopters gezien en ik zat al te turen in de jungle of ik wat gecamoefleerde mannen zag rondrennen maar echt zoeken was niet nodig geweest want op een gegeven moment reden we tegen een patrouille op. Zaten er opeens verschillende grote geweren op ons gericht. Na een vriendelijk lachje en knikje mochten we gelukkig gewoon doorrijden. Vanaf dat moment zagen we overal millitairen ploeteren met zware bepakking door de hete en vochtige jungle.

Het laatste stuk van de tocht kregen we 2 volledige bewapende Beliziaanse milairen mee in de auto omdat het laatste stuk niet veilig zou zijn door die bandieten uit Guatemala. Het doel was een grote grot die door de Maya's gebruikt is. Eigenlijk was de rit met al die militairen meer bijzonder dan de grot zelf. In de grot zaten veel vleermuizen en een vleermuisvalk, dat laatste zei mij ook niets maar volgens de gids worden vogelaars daar helemaal wild van omdat ze bijna zijn uitgestorven.


Rolf maakt vriendjes

Nadat we de miliairen weer hadden afgezet gingen we op weg naar watervallen. Eerst naar Rio on the Pools. Hier waren verschillende watervalletjes en stromingen. Het gaf een luxe gevoel want het gesteente waar de rivier over stroomde was graniet. Later kwamen de Britse miliairen ook zwemmen en als we iets meer lef hadden gehad, waren we thuisgekomen in een brits legertenue.


Even wat lunchen en daar weer die geloofsgroep gezien die zich kleden als in het jaar 18-nogwat. Dat zijn mennonieten. Die wonen al 50 jaar in Belize en via Duitsland, Canada, VS, Mexico in Belize gekomen. Die mensen willen gewoon een simpel leven hebben in Belize, blijkt hun kolonie boven op een hele grote olieveld te zitten. Omdat ze daar Duits spreken dachten ze met ons te kunnen spreken. Maar ze spreken een raar soort oud-duits en wij spreken amber nieuw Duits, dus echt een goed gesprek werd dat niet. Onze gids wist wel veel te vertellen over deze groep en overigens over heel Belize, geschiedenis, natuur en politiek. Een erg fijne gids.

Na wat uurtjes dobberen op het water gingen we op naar een serieuze waterval. We reden nog langs de lodge van Francis Ford Copola. Ik geloof dat je een kamer kan boeken via www.thehotelsoftherichandfamous.com. De laatste waterval was echt geniaal, na een pittige afdaling belanden we in een soort paradijs. Een flinke waterval van wat meters midden in de jungle. Je kon zwemmen, liggen in de mega stroomversnellingen en springen van wat rotsen. Onze gids klauterde nog een flink stuk een berg op en sprong van zeker 5 meter het water in. En tja... monkey see, monkey do. Dus Rolfie ook klauteren en springen.


Martine bubbelt

Rolfie klimt

En Rolfie springt
Een lange dag met veel rijden, zwemmen, klimmen, water, militairen en uiteindelijk erg vermoeid. De laatste dag in Belize en de volgende dag op naar Guatemala.
Streetview van San Ignasio

vrijdag 23 oktober 2009

Uit de Jungle

We zijn na een weekje 'going slow' op Caye Caulker voor wat meer activiteit naar San Ignasio gegaan. Dit ligt in de westen van Belize, niet ver van de grens met Guatemala.We hebben witte stranden, turqoise zee en het een-na-grootste rif ter wereld ingeruild voor de jungle, onbekende maya-tempels, verlate watervallen, spannende grotten en flora en fauna met verschillende soorten apen, jaguars en verschillende soorten exotische vogels (en vast nog meer flora en fauna).

De laatste dagen op Caye Caulker hebben we eerst een dag flink gereist om een nieuwe camera te zoeken. Eerst naar San Pedro op Ambergris Caye, beter bekend als 'la isla bonita'. Een flink stuk varen met de watertaxi. Het is een stuk luxer dan Caye Caulker met veel Amerikaanse toeristen. Het stadje zelf is niet veel aan, maar het leek ons wel de ideale plaats om een nieuwe camera te vinden. Helaas was dat niet het geval. De camera's die we vonden waren al wat jaren oud en werden verkocht voor belachelijke hoge bedragen. Dat ging hem dus niet worden. Daarna gelijk door gegaan naar Belize Stad. Dat blijft een hele nare stad waar heel veel straten 'no go' zijn voor toeristen, veel zwervers, veel drugs... niet echt een stad om gezellig door heen te lopen. De eerste twee camerawinkels die we vonden waren dicht en zagen er niet uit dat ze nog open gingen...ooit. Uiteindelijk een electronicawinkel gevonden met 6 verschillende camera's. We hebben uiteindelijk een roze (!) canon A1110 gekocht. Een simpele point en shoot camera. Dan kunnen we voorlopig tenminste wat fotos maken.

Vervolgens hebben we nog een dagje gedoken, helaas was net die avond de klad in het weer gekomen. We hadden te maken met een milde tropische storm. Van windstil, ruim 30 graden en geen wolkje aan de lucht werd het maar ruim in de 20 graden, bewolkt en vooral een harde wind. Dat laatste maakte de laatste duiktocht een tamelijk wild ritje. Vooral weer terug in de boot komen na een duik werd nogal een opgave en ook was niet iedereen gelukkig van de golvende boot. Vervolgens begon het ook nog eens hard te regenen en waren wij blij dat we een full wetsuit aanhadden want iedereen had het erg koud. De duiken zelf waren prima duiken. Nog wat kleine haaien gezien, een hele mooie eagle-ray en wat andere gekke vissen. Tussen de duiken door nog gesnorkeld en daarbij nog een schildpad, nog meer eagle-rays en een grote school tonijn gezien. Ik had niet verwacht dat tonijn zulke indrukwekkende grote vissen kunnen zijn.
Nadat we nog een dagje niets gedaan hebben zijn we dan toch echt verder gaan reizen. Op naar de jungle. Uiteraard was deze reis ook weer bijzonder. Eerst met een kleine watertaxi naar Belize-stad. Helaas was het slechte weer nog niet voorbij en had de schipper geen zin om daar rekening mee te houden of probeerde hij zijn eigen boot in tweeen te krijgen, want dat was een wild ritje. Nadat we weer wat kleur in onze gezicht hadden, hebben we nog een paar uur in de bus gezeten. Dit was het zelfde recept als voorheen. Een oude Amerikaanse schoolbus, met stickers als 'Proud to be an American', die weer overvol was. 3 Mensen op een zitje van 2 stoelen was niet uitzonderlijk. Bij een checkpoint bleek ook nog eens het rijbewijs van de chauffeur niet in orde te zijn, dus moesten we bijna in de middle of nowhere uitstappen. Gelukkig na veel gepraat en ongetwijfeld wat geschuif van wat dollars toch verder naar San Ignasio. Langs de hoofdstad, allerlei kleine Beliziaanse dorpjes en plekken met namen die niet zouden misstaan in een boek van Tolkien zoals het Whispering Pine Forrest en The Roaring Creek (een lullig beekje). Wat erg opviel is dat in alle dorpjes er erg veel kerkjes en scholen stonden van onbekende Christelijke stromingen. Ik had het idee dat deze kerken vooral door Amerikanen waren gevestigd. Wat dat idee nog eens versterkte is dat er in onze bus een Amerikaans gezin zat dat er erg Amish (oid) uitzag met kleding uit de 19e eeuw en Chriselijke boekjes.

In San Ignasio aangekomen vonden we snel een leuk guesthouse. Een prima guesthouse in een leuk dorpje. Een klein overzichelijke dorpje dat vooral gericht is op alle outdooractiviteiten uit de buurt zoals de tochten door de verschillende grotten, naar mayatempels, watervallen en een tocht naar de hooggelegen pine forrest met watervallen. Wij willen graag naar dit bos maar om dit zelfstandig te doen blijkt nogal ingewikkeld, dus moeten we ons bij een tour aansluiten.
De eigenaar van het guesthouse bood aan om ons naar Cahal Pech te rijden. Een redelijke kleine mayaruine niet ver van het dorpje. Dit leuke aanbod hebben we gelijk aanpakt en op de dag van aankomst stonden we midden in de Jungle bij een mayaruine, helemaal voor ons zelf! Er was geen andere toerist in de buurt. We zijn door, langs, onder en over de 3000 jaar oude ruines heen geklauterd. Bovendien hebben we nog een raar beest gezien ook. Een soort kruising tussen een grote rat en een bever. We moeten nog uitzoeken wat er precies voor dier was. Een wandeling naar benenden en een koud biertje hadden we erna wel verdiend.



Op de tweede dag zijn we met een de bus en met een handaangedreven pontje naar Xunantunich gegaan. Na nog een flinke wandeling door de jungle dat vooral erg omhoogliep (zweten!) stonden we voor de tempels van Xunantunich. Een stuk grotere tempel dan Cahel pech, maar nog steeds onbekend als je het vergelijkt met Tikal of Chichen Itza. Er liep dan ook maar een handje vol toeristen. We waren erg onder de indruk van dit mayacomplex. Helemaal toen we bovenop 'el Castillo' stonden dat nog 40 meter boven de boomgrens uitkwam en ons een 360 graden uitzicht gaf. Bovendien hebben we de eerste groep apen gespot!


zaterdag 17 oktober 2009

Anda Da Wata

Aangezien de officiele slagzin van dit eiland 'Go Slow' is (nog altijd beter dan Zaanstad: top van de Randstad), houden wij ons keurig aan dit thema. Ik zou graag alinea's willen voltypen over alle spannende avonturen op dit eiland maar simpelweg doen we weinig op dit moment. Ik ben hard aan het denken wat we de eerste twee dagen hebben gedaan sinds we op dit idylische eiland zijn aangekomen. Het antwoord is inderdaad: niet veel. We hebben een duikschool uitgekozen, beetje in de zee gehangen, bier en rum gedronken en door het dorpje geslenterd. De stranden zijn hier wit, het water turqoise blauw en we kunnen de golven zien breken op het op een na grootste barrier-reef ter wereld. Het guesthouse, op 4 koprollen van de zee vandaan, is nog steeds perfect en we zijn nog steeds de enige gasten in het guesthouse.
Ons Guesthouse

We hebben dan ook geen enkele reden tot klagen. Het is hier tamelijk paradijselijk. Het dorpje heeft eigenlijk maar 2 straten. Een straat dat net zo lang als het dorp is en langs de oostkust loopt. De straat heeft de Frontstreet en nog een straat die maar voor een gedeelte langs het hele dorp loopt. Deze heet, heel verrassend, Backstreet. In 10 minuten loop je om heel het dorpje heen en dan loop je nog in het tempo aangepast aan de Carribische levensstijl. Het eiland was eigenlijk een stuk groter maar de laatste orkaan heeft het eiland in 2'en geslagen en dat is nu nog steeds zo. Er zijn hier geen verharde wegen en ook helemaal geen autos. De meeste mensen lopen of fietsen alles en het enige gemotoriseerde voertuig is hier de golfkar. Hier rijden wat lokale mensen, luie toeristen, taxis en de politie in. Ja! een politiegolfwagentje. Het zag er toch wel sneu uit om een arrestant in een golfkarretje te zien zitten. Verder doet de lokale bevolking heel erg weinig behalve rum drinken, reggae luisteren en dreadlocks laten groeien. Het werk wordt hier gedaan door Aziaten. Die runnen de supermarktjes, winkeltjes en wasserijen. En ohja, het Creools Engels begint al te wennen, if ya se soh.



Op dag drie hebben we zowaar wel wat actiefs gedaan, we hebben weer wat tijd onderwater (unda da wata) gezeten. En niet zomaar wat duiken maar duiken met haaien! En niet een lullig haaitje dat ergens lag te slapen maar op het moment dat we het water insprongen circelden er ongeveer 20 haaien tot ongeveer 3 meter lengte onder ons. Dit beeld is waarschijnlijk hoe nachtmerries van Martine eruit zien maar ze had zich aardig vermand en na wat minuten was ook Martine relax. We hebben een hele mooie duik gemaakt met dus grote verpleegsterhaaien, groupers, murrays, snappers en verschillende vrolijke tropische visjes. Ook de tweede duik was leuk waarbij we wederom een stuk onder het rif door konden zwemmen, maar na de cenotes waren we het duiken in grotachtige omgeving al een beetje gewend. We waren in totaal met 6 duikers en 2 gidsen, helaas zwommen we helemaal achteraan want schijnbaar hebben we dolfijnen en manta-rays gemist, toch bleven het twee fantastische duiken Het waren twee diepe duiken waarbij we aardig tegen de deco-limiet aanzaten.
We hebben besloten om niet te duiken in 'the Blue hole'. Een van de meeste beroemde duikstekken ter wereld. De foto staat ook op ongeveer elke poster van Belize. Het ziet er ook fantastisch uit vanuit de lucht. Het probleem is dat het duiken in the Blue hole heel erg duur is (meer dan 200us$) en eigenlijk niet eens zo een mooie duik is. Het is meer een duik die mooi in je logbook staat, of die je af kan vinken op je lijstje 'dives you have to do before you die' maar voor dat bedrag doen we toch liever wat dagen duiken die minder beroemd zijn maar wel veel mooier.

Vandaag hebben we ook weer twee hele mooie duiken gemaakt, helaas met een zwart randje. Want de camera is verdronken. De sluiting van de onderwaterbehuizing bleek niet helemaal meer te werken en hierdoor is er water naar binnen gelopen. De camera (en dus ook de onderwaterbehuizing) zijn dus KAPOT. Drama dus. We zullen zo snel mogelijk een nieuwe camera kopen maar dat is zo makkelijk nog niet. Op dit eiland is er geen winkel die dat vekoopt, hopelijk op het iets luxere eiland Ambergris Caye wel. Daar gaan we morgen naar toe (toevallig waren we dat al van plan). Dan kunnen we in ieder geval snel weer bovenwater fotos maken, helaas zullen de mooie onderwater fotos nu gestaakt worden.
De twee duiken zelf waren wel fantastisch. Eerst had ik nog 10 minuten lopen mopperen om mijn camera maar daarna begon toch wel het genieten van de vele vis en het mooie onderwaterlandschap. En uiteraard net op het moment dat je camera stuk gaat, duik je opeens met een zeeschilpad en later zwommen er 6 grote dolfijnen naast onze boot.

We zullen hier nog een paar dagen blijven hangen. Nog wat duiken maken, nog een ander Caye (eiland) bezoeken (en hopelijk daar een camera te vinden) en nog wat chillen voordat we voorlopig de Carribische zee achter ons laten en de jungle en het (hoog)gebergte ingaan.


donderdag 15 oktober 2009

We go slow

Na raar uitgaansnachtje in Tulum met een groot feest in de stad en na nog een volledig dagje in Tulum helemaal niets te hebben gedaan, nouja: beetje eten, spullen ophalen van de duikschool (behalve mijn duikschoentjes, die liggen helaas nog steeds in Tulum), in de hangmat liggen, biertjes drinken en afscheid nemen van de nieuwe tijdelijke beste vrienden, gingen we weer verder trekken.

Op naar Belize. Om iets over achten in de ochtend zijn we vertrokken voor een busritje van ongeveer 4 uur naar Chetumal, de grensstad met Belize. Een tochtje dat erg vlot verliep met airco in de bus (brrr...) en een film (hairspray waarbij het gepraat gedubt was, maar de liedjes niet. Prima vermaak voor een busrit). In het busstation nog een paar uur mogen wachten waarbij we taco's met rauwe rode kool niet als een succes hebben bestempelt. We zaten daar met een Zwitsers koppel dat al 9 maanden aan het reizen was. Maar een half uurtje te laat kwam de bus aan... al helemaal vol!

De eerste 2 uur (inclusief 2x eruit voor wat grensformaliteiten) zaten we met 4 man op 3 stoelen. De meeste stoelen waren dubbel in gebruik. Na 2 uur had ik een ander plekje veroverd zodat Martine en ik beide op een hele stoel konden zitten. Hoewel volledig aan de andere kant van de bus. We maakten gelijk kennis met een volledig andere bevolking. Van een tamelijk lievelijk mayacultuur met kleine poppetjes van mensen naar een schreeuwende en constant vloekende creoolse cultuur met keiharde reggae uit de boxen knallend. Het bleek een feestdag te zijn in Belize (Columbusdag, hoewel ze zelf ontkenden dat het Columbusdag was maar 'gewoon' een feestdag). En wat doe je op een feestdag? Juist'em! Je gaat 2x ruim 4 uur in de bus zitten naar de eerste stad in Mexico om daar boodschappen te doen. En dan vooral schoonmaakmiddel, toiletpapier,pampers, Kellock's en weet ik veel wat er allemaal in die grote tassen zaten.
Al met al dus een interesant ritje. Maar door al die grappen en ook omdat de buschauffeur schijnbaar iedereen persoonlijk thuis af wilde zetten kwamen we veel te laat aan in Belize-stad en misten de laatste boottaxi naar Caye Caulker. Dus dat werd een nachtje in Belize-stad. Het was ondertussen al donker en deze stad staat nu niet bepaald in het rijtje van de meeste veiligste steden ter wereld. We hebben samen met het zwitserse duo een taxi genomen naar een guesthouse dat stond vermeld in de Lonely Planet en uiteraard was daar nog plek. Het is namelijk nog steeds het laagste van het laagseizoen.

Na een heerlijk ontbijt zijn we dan toch op weg naar Caye Caulker gegaan. Met de watertaxi op naar een mini-eilandje. Er zijn geen verharde wegen en de meeste gebouwen lijken wel een beetje vervallen engelse huizen uit vroegere tijden (Belize was tot 1981 nog van Engeland). Doordat je overal weer reggae hoort, de mensen en het ritme van de dag, voelt het wel alsof we op Jamaica zijn, ware het niet dat we beide nog nooit op Jamaica zijn geweest. We zitten nu in Lena's guesthouse. Zoals gezegd, is het het laagste van het laagseizoen en zijn wij de enige in dit guesthouse. Een prima kamer en direct aan een wit strand met palmbomen en uitkijk op een mooie Caribische zee. We zullen hier en daar wat gaan duiken de aankomende dagen en ons houden aan de lijfspreuk van dit eiland: go slow.

zaterdag 10 oktober 2009

You want to buy stuff you don't need?

Hier weer een berichtje en het gaat goed!

De laatste dagen op Isla de Mujeres nog een uitgebreide dagtrip gemaakt naar Chichen Itza, een van de 7 nieuwe wereldwonderen (!). Twee keer een lange busrit waar in elk dorp iemand de bus in kwam met de meest lekkere ruikende lekkernijen. Deze busrit was het zeker waard om onszelf een paar uur Indiana Jones te voelen. Veel mooie tempels gezien en eigenlijk is de -beroemde- piramide nog het minst indrukwekkend van alle tempels. Want er zijn veel meer kleinere en grote tempels die ook heel erg mooi waren.


Om te bekomen van het dagje Chichen Itza (poehpoeh) hebben we nog een dagje aan het strand en in zee gespeeld. Dit keer had ik wel een camera mee maar die hielden de batterijen er na 10 minuten mee op.

Na een kleine week in Isla de Mujeres zijn we verder gegaan. We zijn in de bus gesprongen naar Tulum. Een van de redenen dat we naar Tulum zijn gegaan, zijn de mayatempels aan zee.Dus gisteren hebben we deze tempels bezocht. Op zich zijn het niet de mooiste tempels ter wereld maar de locatie aan zee is geniaal. Om af te koelen zijn we na de warme wandeling langs deze tempels weer snel de zee in gesprongen om een beetje af te koelen. Dit keer geen mooie visjes maar hoge golven!
De andere reden waarom we naar Tulum zijn gekomen zijn de Cenotes. Cenotes zijn gaten in de grond die toegang geven tot de rivieren die hier onder de grond liggen. Het is een lang verhaal hoe dat precies ontstaan is, dat is vast wel ergens terug te lezen op internet als je dat graag zou willen, maar het komt er opneer dat de grond hier heel poreus is (kalksteen) en regenwater direct onder de grond gaat zitten. Tegelijk kan het water niet echt weg doordat het opgesloten zit tussen het zoute water van de Caribische zee en de golf van Mexico. In dit ondergrondse water kan je dus duiken!!! In Tulum zijn verschillende duikscholen die duiktrips aanbieden naar deze cenotes. Wij zijn er een paar afgelopen en uitgekomen bij een duikschool van een Italiaan. We gingen het water in samen met een Engelse ex-militair.

Het was de eerste keer dat we zo lang in een omgeving hebben gedoken waar je niet direct naar de oppervlakte kan gaan. Er zijn wel een paar regels, want me mogen maximaal 60m horizontaal de grot in (tenzij je in het bezit bent van een cavediver brevet). We hebben twee duiken gemaakt in twee verschillende cenotes. De eerste duik was in de Gran Cenote. De ervaring is echt geweldig. Het water is kraakhelder waardoor je soms vergeet dat je in het water bent als je langzaam door deze grotten heen duikt. Je had overal stalactieten en stalagmieten. Je kan het vergelijken met bijvoorbeeld de grotten van Han, wanneer deze onderwater zouden staan en je erdoor heen kan vliegen.
Soms kwam er een straal licht binnen en had je fantastische lichteffecten. Buiten deze lichtmomenten was het behoorlijk lastig om mooie foto's te maken.
De tweede duik was in Calavera, die ook wel Temple of Doom wordt genoemd waarschijnlijk omdat je eerste in volledige bepakking door de jungle moet lopen. Deze duik had een van de meest bijzondere manieren van te water gaan. We moesten namelijk 3 meter naar benenden springen. Daarna een duik tot ruim 17 meter diep en tot - en soms net over - de grens van 60m horizontaal heen. Wat deze duik ook bijzonder maakt is dat hier rond de 13m grens een zoet/zout water grens loopt. Dus onder 13 meter is het water opeens zout. Precies op die grens van zoet en zout heb je een 'halocline', dit lijkt wel een olie-achtige laag. Het zicht ziet er dan heel gek uit maar zodra je daar doorheen bent is het zicht weer onmeetbaar ver. We vonden dit beide een super bijzondere ervaring.

We zitten hier trouwens in een grappig hostelletje midden in het stadje. Eigenlijk wilden we eerste in een strandhutje slapen. We hebben dat niet gedaan omdat het nogal duur is of omdat je eigen muskietennet nodig had. We hebben daar gelukkig niet voor gekozen want er komen nu steeds mensen na een nacht aan het strand met honderden muggen bulten terug (en wij hebben er maar tientallen). Eerst hadden we hier een kamertje voor ons zelf maar helaas was dit kamertje maar 3x3m groot. Hier hadden we geen airco en kon er geen raam open. Dit betekende een slapeloze nacht en zijn we naar een dorm vertrokken met airco. We slapen hier met z'n 8'en op de kamer. Gisteren al met 'de kamer' wezen eten en wat biertjes in het zonnetje gedronken.

We zullen hier nog een of twee dagen blijven om wat tripjes te maken en dan gaan we weer verder. We hadden een grof plan om via Merida, Palanque en San Cristobal naar Guatemala te gaan maar we hebben dat alweer omgegooid, omdat we nog geen afscheid willen nemen van de zee en de bussen in Mexico best prijzig zijn. Het grove plan is nu om eerst nog verder langs de zee naar benenden te trekken naar Belize. Daar nog wat langer van de zee te genieten en nog wat te duiken. Na Belize trekken we naar het westen om via Guatemala (Tikal) weer terug te komen in Mexico om dan Palanque en San Cristobal te bezoeken en dan weer terug naar Guatemala te gaan. De eerste grensovergang tussen Guatemala en Mexico is dwars door de jungle en schijnt nogal spannend te zijn!

Adios!

dinsdag 6 oktober 2009

Isla de Mujeres nogmaals


Wat valt er te vertellen als je eigenlijk niets aan het doen bent? We hebben net onze derde -wederom lange- nacht gehad op Isla de Mujeres. Zitten nu bijna aan ons middagcerveza en zijn nog steeds aan het genieten. Aangezien we hier gratis internet hebben in het hostel gelijk maar weer een update!

De eerste volle dag hebben we echt alleen maar op het strand gelegen. Boekje lezen en om de zoveel minuten het water in omdat het zo heet is. Een prachtig wit stand tussen de palmbomen, een lekkere warme zee (30 graden!) maar weer fris genoeg om in af te koelen. Helaas was dit wel echt een zandstrand dus veel vissen zaten hier niet, behalve wat witglimmende visjes die erg onder de indruk waren van de nagellak van Martine d'r tenen. Een tikkie verbrand (ondanks de zonnenbrand en het alleen maar zitten in de schaduw) zijn in caribische tempo door het dorpje heen gesjokt om hier en daar wat te eten en te drinken.


De dag erna, zijn we al weer een stuk actiever geworden. We hebben fietsen gehuurd! Iedereen rijdt hier in golfkarretjes maar nee, die eigenwijze Nederlanders moeten in deze hitte weer gaan fietsen. We zijn eerst naar een turtlefarm geweest, die zich inzetten voor het behoud van de zeeschildpadden. Vervolgens HELEMAAL naar de andere (zuid) kant van Isla de Mujeres (eiland is welgeteld 8,5km lang) om daar wat te lunchen en het uizicht te genieten. Het fietsen over die heuveltjes met deze barrels valt nog niet mee trouwens. Daarna was het wel weer tijd om de zee in te springen, maar dat was zo eenvoudig nog niet. Het meeste strand is particulier en kom je dus niet zomaar op. De eerste plek waar wij hadden gevraagd om naar de zee te gaan kostte 60us$ per persoon. Helemaal gek. Gelukkig hebben we het bij een hotel gevraagd waar het maar 50$ps (ongeveer 2,5euro) kost. Mochten we nog gebruik maken van de ligstoelen ook. Het was hier heel anders dan aan de noordkant, juist wel veel vis op een huisrif. Even balen dat we de onderwaterbehuizing niet wilden meenemen op de fiets.


Het snorkelen was natuurlijk een opstapje om vandaag de eerste duiken te maken in de Caribische zee. Er zijn hier heel wat duikschooltjes, maar de meeste zien er niet goed uit. Wij hebben uiteindelijk 2 duiken gemaakt met Seahawk. Totaal met 4 mensen dus lekker rustig. Het waren twee mooie duiken maar het rif viel toch een beetje tegen. Dit was een paar jaar geleden helemaal verwoest door Wilma (de trut) en later nog door Stan (eikel). Toch genoeg mooie vissen gezien, nog een leuk wrakje.

Hier een impressie van het duiken:






Morgen op naar Chichen Itza!
En voor meer foto´s en impressies, check Martine haar blog: ditismartine.blogspot.com